VAS-KAMP 2025 in het teken van 750 jaar Amsterdam

Elk jaar trekken de enthousiaste jeugdspelers van VAS naar het bosrijke Ermelo, voor ons jaarlijkse schaakkamp. Tijdens Pinksteren, van 7 t/m 9 juni deze keer, verblijven we in een ouderwets gezellig scoutinggebouw. Iedereen die ooit mee is geweest, beaamt: dit is het leukste kamp dat er is.

Eerste dag

Aangekomen in Ermelo, voelden de 27 kinderen zich meteen thuis. Amsterdamse vlaggen hingen rondom het gebouw, André H6 zong zijn smartlappen, burgemeester Nekkema was bezig de geheime linkse agenda uit te rollen en Johan Cruijff, in het witte shirt met de rode baan, hield een balletje hoog.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Er werd op z’n Amsterdams gezeken door de begeleiding. Niet alleen over het regenachtige weer, ook over een schaaktoernooi dat net had plaatsgevonden. Er was van alles mis.

De kinderen hadden er in eerste instantie weinig boodschap aan. Want wat is het eerste wat je doet op een schaakkamp? Ganzenborden natuurlijk!

Dat doen ze tegen niemand minder dan de voorzitter van de Ganzenbordvereniging: Remy. Hij vindt dat schaakspelletje veels te veel gebaseerd op geluk, en zoekt zijn heil in het edele spel van Ganzenbord.

Nadat iedereen goed en wel zijn spullen had uitgezaaid over het gebouw, begonnen we met de eerste activiteiten. Iedereen had zijn spelgroepje gevonden, en toen was het tijd om een echt Amsterdams lied te bedenken. En als je aan Amsterdam denkt, dan denk je natuurlijk aan schaken.

De groepjes kwamen met mooie songteksten: ‘Schaak / alsof het je laatste stuk is / Schaak’, ‘Glijdend over het bord / gaan ze met z’n allen / naar de overkant’ en ‘Schuif je torens van links naar rechts’. De uitvoeringen waren even overtuigend.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Na deze spielerei was het tijd voor serieuze zaken. Detective Marrit had de hulp nodig van de kinderen. Er was een dreigbrief ontvangen. Iemand wilde alle schaakstukken op aarde in andere kleuren verven. Schakers, bekend om hun zwart-witdenken, weten niet wat ze zou overkomen. Wie is deze misdadiger?

De schrijver van de dreigbrief had al gesaboteerd bij het speciale schaaktoernooi ter ere van 750 jaar Amsterdam. De begeleiders waren allemaal verdacht. Bijvoorbeeld Freddy Karvan-Cevitam, die ziedend was dat Roosvicee verkocht werd op het toernooi. Hij had immers zijn Karvan-Cevitam Experience beschikbaar gesteld als speellocatie voor het toernooi.
En wat te denken van schilder Rembrandt van Amstel, een wel heel toepasselijk beroep…

Het was aan de kinderen om het mysterie op te lossen. Gedurende de dagen vonden ze aanwijzing na aanwijzing. Met die aanwijzingen moesten ze met de stukken over de kaart van Amsterdam bewegen. Een hele puzzel, want dat mocht alleen over veilige velden.

De kinderen konden nóg verder hun hoofd breken over moeilijke zaken, want het was tijd voor training. Er werd fanatiek gedrilld door de trainers. Hier slaat trainer Job zijn hand voor zijn hoofd. Teleurgesteld als hij is om alle foute antwoorden van deze kinderen, die de topgroep zouden moeten voorstellen.

De kinderen letten gelukkig goed op als Kayen zijn wijsheden deelt. Een man van ervaring is hij, een recorddeelnemer namelijk. Sinds hij naar het schaakkamp mocht, ging hij mee. En nu is hij weer van de partij als kampbegeleider! Dit was Kayen bij zijn eerste kamp in 2018, uit de oude doos:

Ivo gaf een creatieve training over de Amsterdamse Andreaskruizen, middels het onderwerp: kruispenningen. Samuel pakte Cruijffwijsheden aan om de kinderen te leren samenwerken met de stukken (“Wat heb je liever: 11 goede een-tallen of 1 goed elftal?”), pat (“Als je niet ken winnen, moet je zorgen dat je niet verliest”) en moeilijke routeplanners (“Als je te laat bent, moet je eerder vertrekken”).

Na al het harde leren was het tijd voor stevige trek. En daar komt het onvolprezen keukenteam om de hoek kijken. Elmer en Betty draaien al jaren hun hand er niet voor om. Met extra hulp van slager Kayen verliep het soepeler dan ooit. De eerste avond stond een heerlijke pasta op het menu en de onvolprezen citroenvla.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Bij het kamp moet iedereen meehelpen. Vooral het afwassen is een groot feest!

In de avond was het tijd om even flink alle energie eruit te rennen. Daar is het Handelsspel uitermate geschikt voor. Met je team moet je van ‘land naar land’ rennen om de beste ruildeals te sluiten. Maar pas op, om de hoek kan zomaar een rover staan die je versverdiende muntjes komt afpakken.

Ook Inge mocht even roven. Dat deed ze met groot succes, want het leverde haar een volle munt op.

Het hoogtepunt van elke dag bewaren we tot het eind, namelijk het kampvuur. We zitten al laat in het jaar, dus het was hartstikke licht nog om tien uur. Dat mag de pret niet bederven, want het vuur was uitstekend voor heerlijk gebakken brood en gekarameliseerde marshmallows.

De jongste kinderen lazen nog even uit geliefde Donald Ducks of evengoed een filosofisch boek van 500 pagina’s dik. Daarna gingen ze zoet slapen, nadat een potentieel kussengevecht in de kiem gesmoord was.
Hoe anders verliep het aan de andere kant van het gebouw, waar de ouderen ‘sliepen’. Waar de oudste groep meestal pas tegen twee uur begint met een beetje keten, begonnen ze al om half twaalf met de boel op stelten zetten. Er werd al snel orde op zaken gesteld na een noodverordening van burgemeester Nekkema en iedereen ging zo alsnog een rustige nacht tegemoet.

Tweede dag

Totdat de kinderen om zes uur allemaal alweer klaarwakker lagen, aan het schaken in hun pyjama’s. Onbegrijpelijk, want ze hadden de heerlijke kans om uit te slapen gemist. De traditionele ochtendgymnastiek ging namelijk niet door dankzij de regen.

Na de schaaktraining was het tijd voor superdoorgeefschaak. Daarbij geef je een geslagen stuk door aan je teamgenoot naast je en die mag dat stuk inzetten op zijn of haar bord. Dat levert knotsgekke partijen op!
De eerste ronde was het zo spannend dat de teams (binnenkant versus buitenkant) precies gelijk eindigde. Ze moedigden elkaar enthousiast aan! Maar in de tweede ronde was er toch één duidelijk de betere.

Gelukkig was deze activiteit goed geschikt voor binnen, want zo konden we het slim inplannen tijdens een regenbui. Het heeft zeker geregend hier en daar, maar gelukkig konden we alles gewoon doen en hoefde niemand iets te missen.

Zoals het spelletjestoernooi. Er was conditieschaak, waarbij de teams in estafette naar het bord moeten rennen om op tijd hun zet te doen.

En hartstikke leuk was het trefbal, want daar waren ‘schaakregels’ aan toegevoegd. Eén iemand is de koning, en mag niet afgegooid worden. En als je zes keer iemand hebt afgegooid, mag je promoveren en komt er dus weer iemand het veld in.

Of hier een speciale oploswedstrijd. De schaakstelling stond namelijk achter een boom verderop en die moest de groep eerst juist op het bord krijgen.

Het lolligste onderdeel was het witte sokkenspel. Temidden van alle blubber moest één iemand twee witte sokken aantrekken en het hele parcours zien af te leggen en de sokken zo wit mogelijk te houden. Hieronder zien we Dimaz die nog stoer Joep loopt te tillen. Maar al snel moet de rest van het team helpen, ieder die een ledemaat vasthoudt. Arme Joep.

Tot slot was er het vragenspel. Met moeilijke vragen, zoals: noem Nederlandse grootmeesters. Na elk antwoord moesten kinderen een plek verderop aantikken tussendoor. Sommige kinderen dachten dat er grootmeesters onder de begeleiders waren, maar dat was iets te optimistisch gedacht.

Hierop volgde flink wat welverdiende vrije tijd. Die werd vooral binnen doorgebracht. Tja, dat wordt een groot bughousefeest! (Bughouse is een schaakvariant in tweetallen, waarbij je stukken nog wilder mag inzetten dan bij normaal doorgeefschaak.)

De keuken was dolblij met de wilde nacht van de oudsten. Dat leverde namelijk extra hulp op in de keuken. Het strafcorvee was voor de twee veroordeelden O. en M. Dat betekende pannen boenen. Zoals deze, na de zeer geslaagde nasi van de tweede avond:

In de avond trokken we naar het nabijgelegen bos voor een goed potje Levend Stratego. Ooit was dit een tikspel op het scherpst van de snede, maar deze lichting beziet het eerder als een zoekspel. Het summum daarvan was toen twee kinderen van de tegenstelde teams elkaar tegenkwamen en afspraken dat ze gewoon wilden zoeken naar de vlag. Ze lieten elkaar netjes met rust.
Dat zoeken verliep vrij vlot of het verstoppen verliep heel slecht. In elk geval: het leverde drie vlotte maar krachtige potjes op.

De keuken had weer het deeg gerold, en we hadden het grootste vuur ooit klaarliggen bij terugkomst van het bos. Lekker opwarmen bij deze natuurlijke oven.

De tweede nacht verliep heerlijk. De oudsten hadden de boodschap goed begrepen. Na een ouderwets spelletje Weerwolven was het nog even nakletsen en toen lekker slapen.

Derde dag

Heel goed, want deze ochtend was het tijd voor de ochtendgymnastiek! Belangrijk dat iedereen dat toch nog mag meemaken dit kamp.

De sabotage-acties begonnen steeds nijpender te worden. Tijdens de ochtendtraining kwamen de kinderen steeds meer gekleurde stukken tegen in hun zakjes.

De trainers besloten om de kinderen alvast goed te trainen voor het noodlot. In de laatste les stond een speciale schaakvariant klaar: kleurenblindschaak. Alle stukken hebben dezelfde kleur, waardoor je goed moet onthouden welk stuk van jou en welk stuk van de tegenstander is.

Toen kwam alweer het moment voor het laatste spel: het Zweeds renspel! In duo’s moet je de antwoorden vinden van allerlei vragen verspreid over het terrein. Als je de juiste antwoorden verzameld, krijg je een zin.
Een gezellig spel, terwijl op de achtergrond ‘Aan de Amsterdamse grachten’ werd gezongen.

De beste manier om een kamp af te sluiten, dat doe je met pannenkoeken. Er lagen weer bergen klaar voor de kinderen, die dat wel lustten.

Normaal gesproken moeten we de kinderen berispen om hun spelen met eten, maar deze keer was het begeleider Job die helemaal losging. Op zijn pannenkoek ging knoflookspread met hagelslag. Een beetje gek vond hij het wel smaken. Zou het?

Dat Job zich het meest heeft misdragen van alle aanwezigen is gezien zijn geschiedenis als kampdeelnemer niet heel schokkend, maar is vooral een heel mooi teken. De groep wordt elk jaar nóg fijner, meewerkender en aardiger voor elkaar. Zo zetten we bij VAS iets heel bijzonders neer: een plek waar iedereen op zijn plek is.

Foss, hij is de leukste VAS’er die VAS nooit gehad heeft.

Eliot, hij droeg de beste schoenen van iedereen.

Adit, die wonderbaarlijk zonder kleerscheuren het kamp heeft overleefd.

Miel bewees zich als uitstekend leiding-in-spé, we kunnen niet wachten tot hij weer mee mag.

Tabor kwam met real talk aan tafel.

Inge vond gelukkig haar draai op het kamp, en bleek toen de meest geliefde kampganger.

Kian had het superleuk op het kamp, maar moest helaas voor de tweede nacht naar huis – volgende keer pakt hij gewoon het hele kamp mee!

Quincy, hij hield lekker de energie erin. Tot het eind, want toen vergat hij de helft van zijn inboedel in te pakken.

Abigail was de koningin van de slaapmatjes en deelde die rijkelijk uit.

Het duo Dimaz en Joep betekende een garantie voor gezelligheid en heel veel lachen.

Wat Knox en Keimpe nog bij Oosten-Toren doen, is voor iedereen een raadsel – hier hebben ze het pas echt leuk!

Daniel en Alon lagen het hele kamp rollebollend over de vloer, en kwamen daar een paar ervaringen rijker uit.

Ahmet en Uzay wisten zich weer heerlijk te vermaken!

Iedereen mag een voorbeeld nemen aan de kampmentaliteit van Loek: niet bang voor wat aarde hier en daar, en slapen op een volledig plat luchtbed is ook geen probleem wat hem betreft.

Hendrik bleek minder onschuldig dan hij eruit zag.

Voor Aiden was het spannend want hij stond op de wachtlijst en kende bijna niemand, maar dat pakte hij sterk op – dit wordt een goede VAS’er!

Saffran en Alex zijn oude rotten in hun vak – in de avond kwamen hun kwaliteiten het duidelijkst naar voren…

Tung en Imre waren de onbetwiste bughouse-matadoren van het kamp, en bughouse is waar het om draait op VAS-kamp.

Alexander en Ali zijn twee toppertjes, en doen altijd fantastisch mee.

Escher keek goed om haar heen, maar vergat ook niet om zelf veel plezier te hebben.

Nu de kinderen goed gevulde magen hadden, konden ze eens heel goed gaan nadenken. Want detective Marrit was bijna op het juiste spoor om de schurk die het schaken wilde verpesten te vinden.

Alle schaakstukken waren nu naar hun juiste plek geleid door de slimme antwoorden van de kinderen. Maar wat nu? Ze hadden al ingezien dat degene die schaakmat zou zetten, de dader is.
Ze gingen nog maar eens goed zitten voor de stelling, en toen openbaarde zich de mat in drie. Het matgevende stuk kwam van de Ganzenbordvereniging!

De slechterik deed nog verwoede pogingen om te vluchten, maar de kinderen hielden hem stevig vast.

Zijn idee achter de sabotageacties was kraakhelder. Bij Ganzendbord speel je met verschillende kleuren, hij vond het maar raar dat je met schaken maar twee kleuren hebt.

Sommige kinderen waren het daar eigenlijk wel mee eens, andere kinderen riepen om de doodstraf. Om het goed te maken deelde de voorzitter van de Ganzenbordvereniging bakvormpjes in de vorm van schaakstukken uit. In allemaal verschillende kleuren, dat wel.

Tekst: Samuel Cohn
Foto’s: kampleiding

1 Comment

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *